Spannend! – Verborgen misverstanden
Het woord “spannend” bestaat zowel in het Nederlands als in het Duits.
Het is echt boeiend om te ontdekken hoe vergelijkbaar en hoe verschillend deze woorden in beide talen zijn en hoezeer de semantiek, d.w.z. de betekenis van het woord, duidelijk afhangt van de culturele interpretatie van een en hetzelfde fenomeen.
“Spannend” gaat in beide talen terug op dezelfde basisbetekenis: iets is strak getrokken, d.w.z. niet los, maar zo uitgerekt of uit elkaar getrokken dat het glad, strak, stevig is. Dit heeft te maken met druk: het materiaal wordt onder zoveel druk gezet dat het voorwerp dat ervan gemaakt is net niet scheurt, barst of versplintert.
Het woordenboek van Duden definieert fysieke spanning als „Kraft im Innern eines elastischen Körpers, die gegen seine durch Einwirkung äußerer Kräfte entstandene Form wirkt.“
Deze fysieke term wordt in beide talen vaak ook metaforisch gebruikt om gemoedstoestanden te beschrijven: “Dat vind ik spannend” of “das finde ich spannend”.
Je zou denken dat beide uitdrukkingen ook in metaforische toepassing ongeveer hetzelfde betekenen. Maar verre van dat. In het Nederlands wordt de uitdrukking “dat vind ik spannend” gebruikt om aan te geven dat je nerveus en gespannen bent of zelfs bezorgd en licht gestrest. Dit is geenszins bedoeld als prettig of positief.
Als je daarentegen in het Duits zegt “das finde ich spannend!”, druk je iets heel positiefs uit: je geeft aan dat je iets boeiend, interessant, stimulerend of inspirerend vindt.
We kunnen alleen maar speculeren waarom dit zo is en hoe het komt: zouden Nederlanders de neiging hebben om de toestand van innerlijke, mentale spanning als onaangenaam te ervaren, terwijl het in Duitstalige landen eerder positief en wenselijk is? Een leuk onderwerp voor in de kroeg.
Maar we moeten niet voorbijgaan aan de misverstanden die vaak worden veroorzaakt door dit ernstige verschil in betekenis. Misverstanden, die vaak onopgemerkt blijven en daarom verstrekkende gevolgen kunnen hebben. Zo kan het gebeuren dat een Duits bedrijf een order misloopt omdat de Duitse zakenpartner in uitbundig enthousiasme heeft gezegd: “Das finde ich spannend!” en de Nederlandse klant begrijpt: “Dat vinden zij spannend, dat durven zij niet aan, dat is te groot voor hun!”. Jammer voor beide partijen – „aber ziemlich spannend, oder?“
Let ook op met deze zinnen!
D: „ich bin gespannt“ = NL: „ik ben benieuwd, nieuwsgierig”
NL: „ik ben gespannen“ = D: „ich bin angespannt, verkrampft“
NL: „dat vind ik spannend“ = D: „das macht mich nervös, das stresst mich”
D: „das finde ich spannend“ = NL: „dat vind ik boeiend, interessant, inspirerend“